Een vuistdikke (552 blz.) roman over het leven op een bungalowpark. Het park De Eyckenhof wordt beheerd door het echtpaar Henk en Rosie van Marle. Het kasteeltje bij het park is in verval geraakt, waardoor Henk en Rosie vrezen niet meer goed rond te kunnen komen. Hun zoon Joost heeft relatie- en werkproblemen en ook hun kleinzoon Aloys heeft problemen in de liefde. De komst van architect Per Quinn Rosendahl, die zich over het kasteeltje ontfermt, zorgt voor een frisse wind. Een andere nieuwkomer, Charlie Blum, heeft een zomerhuisje geërfd van haar oom, een vermaarde kunstschilder. Wanneer Charlie liefdesgeheimen over haar oom ontdekt, trekt ze haar eigen relatie in twijfel. Vriendelijk en zeer toegankelijk geschreven. Jackie van Laren (1968) is een bekende Nederlandse auteur. Ze debuteerde met de driedelige ‘Q'-serie en daarna volgden het tweeluik ‘Vallen' en ‘Opstaan', de zesdelige ‘Eilandliefde'-serie, de losstaande romans 'De meisjesmagneet', ‘Thuiskomen' en 'Twee prinsen' en de vierdelige 'Onder de bomen'-serie. Verberg tekst